Vertaal
Naar andere talen: • vomir > DEvomir > ENvomir > ES
Vertalingen vomir FR>NL
[vɔmiʀ]

1 rejeter le contenu de l'estomac par la bouche - braken

  'avoir envie de vomir'
  moeten overgeven

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
vomir (ww.) braken (ww.) ; kotsen (ww.) ; overgeven (ww.) ; spugen (ww.) ; spuwen (ww.) ; uitbraken (ww.) ; vomeren (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `vomir`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: cracher