Vertaal
Naar andere talen: • terminer > DEterminer > ENterminer > ES
Vertalingen terminer FR>NL
[tɛʀmine]

1 finir - beëindigen

  'terminer un travail'
  een werkje afmaken


2 être le dernier élément de - het einde vormen van

  'Le point termine la phrase.'
  Aan het einde van de zin staat een punt.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
terminer (ww.) uitspelen (ww.) ; opdrinken (ww.) ; ophouden (ww.) ; regelen (ww.) ; stoppen (ww.) ; ten einde dragen (ww.) ; teneindelopen (ww.) ; termineren (ww.) ; uitdragen (ww.) ; uitdrinken (ww.) ; uitkrijgen (ww.) ; naar einde toewerken (ww.) ; vergaan (ww.) ; verlopen (ww.) ; verstrijken (ww.) ; vervallen (ww.) ; volbrengen (ww.) ; voldragen (ww.) ; volmaken (ww.) ; voltooien (ww.) ; voorbijgaan (ww.) ; completeren (ww.) ; afdoen (ww.) ; afkrijgen (ww.) ; aflopen (ww.) ; afmaken (ww.) ; afronden (ww.) ; afsluiten (ww.) ; afwerken (ww.) ; beëindigen (ww.) ; beslissen (ww.) ; besluiten (ww.) ; een einde maken aan (ww.) ; eindigen (ww.) ; in orde maken (ww.) ; klaarkrijgen (ww.) ; klaarmaken (ww.) ; klaren (ww.) ; ledigen (ww.) ; leegdrinken (ww.) ; leegmaken (ww.)
terminer afsluiten
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `terminer`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: finir
FR: s'achever

Uitdrukkingen en gezegdes
FR: en terminer avec qc. NL: een eind aan iets maken