Vertalingen souffleur FR>NL
souffleur (m) | de souffleur (m) ; de voorzegger (m) |
souffleur | aanjager ; blazer ; carreur ; glasblazer ; kelkenblazer ; tuimelaar ; ventilator |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `souffleur`

Voorbeeldzinnen laden....
Uitdrukkingen en gezegdes
FR: souffleur d'orgue
NL: orgeltrapper