[plɛzɑ̃tʀi]

1 propos drôles - grap

  'une mauvaise plaisanterie'
  een misplaatste grap
© K Dictionaries Ltd.

plaisanterie (v)

de grol (v) ; de vermakelijkheid (v) ; de snaaksheid (v) ; de scherts ; de mop (m) ; de malheid (v) ; de kwinkslag (m) ; de koddigheid (v) ; de kluchtigheid (v) ; de kinderachtigheid (v) ; de idioterie (v) ; de humor (m) ; de aardigheid (v) ; de grappigheid (v) ; de grappenmakerij (v) ; de grap (v) ; geplaag ; de gekheid (v) ; de geestigheid (v) ; de canard (m) ; de bak (m) ; badinage ; het aardigheidje

Bronnen: interglot; Wikipedia




FR: bagatelle
FR: blague
FR: boutade
FR: broutille
FR: canular
FR: clownerie
FR: comique
FR: facétie
FR: farce
FR: futilité

FR: plaisanterie à  part NL: in ernst gesproken
FR: entendre la plaisanterie NL: goed tegen een grapje kunnen
FR: par plaisanterie NL: voor de grap