Vertalingen partenaire FR>NL
[̃paʀtənɛʀ]1 personne qui fait ··· avec une autre - partner© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
partenaire (m) | de levensgezel (m) ; de vrouw (v) ; de partner (m) ; de metgezel (m) ; de medestrijder (m) ; de medestander (m) ; de man (m) ; de maat (m) ; de levenspartner (m) ; de bondgenoot (m) ; de gezellin (v) ; de gezel (m) ; de gemalin (v) ; de gade ; de firmant (m) ; de eega ; de echtgenote (v) ; de echtgenoot (m) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `partenaire`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: associéFR: coéquipierFR: coéquipièreFR: collaborateurFR: collaboratriceFR: partisan