Vertalingen logement FR>NL
[lɔʒmɑ̃]1 lieu où l'on habite - woning© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
logement (m) | de residentie (v) ; de overnachting (v) ; de onderbrenging (v) ; het logies ; het logement ; huurwoning ; het gasthuis |
le logement | verblijf ; kamer ; de accommodatie |
logement | woningbouwsector ; behuizing ; woning ; verblijf ; vak ; sparing ; huisvesting ; huis ; hotelaccomodatie ; compartiment ; collectorbak |
Bronnen: interglot; Wikipedia; ICT-Woordenboek; Download IATE, European Union, 2017.; Omegawiki.org
Voorbeeldzinnen met `logement`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: demeuréFR: habitationFR: urbanismeUitdrukkingen en gezegdes
FR: crise du
logement
NL: woningnood