Vertalingen irriter FR>NL
[iʀite]1 énerver, mettre en colère - irriteren - ergeren - geprikkeld maken
'Ses propos m'irritent.'
Zijn/haar woorden irriteren me.2 provoquer une réaction légère - irriteren - prikkelen - branderig maken
'un tissu qui irrite la peau'
een stof die de huid irriteert[iʀite]1 énerver, mettre en colère - irriteren - ergeren - geprikkeld maken
'Ses propos m'irritent.'
Zijn/haar woorden irriteren me.2 provoquer une réaction légère - irriteren - prikkelen - branderig maken
'un tissu qui irrite la peau'
een stof die de huid irriteert© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| irriter (ww.) | schaven (ww.) ; zieken (ww.) ; vertoornen (ww.) ; verstoren (ww.) ; verknoeien (ww.) ; uitdagen (ww.) ; treiteren (ww.) ; tergen (ww.) ; tarten (ww.) ; stangen (ww.) ; schuren (ww.) ; sarren (ww.) ; raspen (ww.) ; plagen (ww.) ; pesten (ww.) ; op de zenuwen werken (ww.) ; jennen (ww.) ; irriteren (ww.) ; iets vergallen (ww.) ; ergeren (ww.) |
| irriter | irriteren |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `irriter`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: fâcherFR: perturberUitdrukkingen en gezegdes
FR: flots irrités
NL: onstuimige golven
