Vertalingen imaginer FR>NL
[imaʒine]1 se représenter par la pensée - zich verbeelden - zich voorstellen
'imaginer sa vie dans dix ans'
zich voorstellen hoe zijn leven er over tien jaar uitziet2 inventer - uitdenken - bedenken
'imaginer un nouveau procédé'
een nieuwe werkwijze uitdenken© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
imaginer (ww.) | aannemen (ww.) ; bedenken (ww.) ; beramen (ww.) ; fantaseren (ww.) ; plannen (ww.) ; ramen (ww.) ; schatten (ww.) ; taxeren (ww.) ; uitdenken (ww.) ; uitdokteren (ww.) ; uitkienen (ww.) ; uitknobbelen (ww.) ; verdichten (ww.) ; verzinnen (ww.) ; voorwenden (ww.) |
imaginer | stellen |
Bronnen: Wikipedia; interglot; ICT-Woordenboek
Voorbeeldzinnen met `imaginer`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: chercherFR: combinerFR: concevoirFR: conjecturerFR: croireFR: devinerFR: échafauderFR: envisagerFR: évoquerFR: fabuler