Vertalingen froncer FR>NL
[fʀɔ̃se]1 déformer par des plis - fronsen
'froncer les sourcils'
zijn wenkbrauwen fronsen2 faire des plis à un tissu - rimpelen
'froncer des rideaux'
gordijnen rimpelen© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
froncer (ww.) | contracteren (ww.) ; fronsen (ww.) ; samentrekken (ww.) |
froncer | plooien |
Bronnen: interglot; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `froncer`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: crisperFR: plisser