Vertaal
Naar andere talen: • fabriquer > DEfabriquer > ENfabriquer > ES
Vertalingen fabriquer FR>NL
[fabʀike]

1 construire, produire ··· - vervaardigen - fabriceren
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
fabriquer (ww.) uitdenken (ww.) ; zich voltrekken (ww.) ; voortbrengen (ww.) ; vervaardigen (ww.) ; uitspoken (ww.) ; uitknobbelen (ww.) ; uitkienen (ww.) ; uithalen (ww.) ; uitdokteren (ww.) ; scheppen (ww.) ; produceren (ww.) ; maken (ww.) ; in het leven roepen (ww.) ; fabriceren (ww.)
fabriquer bouwen ; vervaardigen ; fabriceren
Bronnen: interglot; Trueterm; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `fabriquer`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: confectionner
FR: effectuer
FR: élaborer
FR: faire
FR: falsifier
FR: forger
FR: inventer
FR: manufacturer
FR: produire
FR: réaliser