Vertalingen expliquer FR>NL
[ɛksplike]1 faire comprendre ··· - uitleggen - verklaren
'expliquer ··· à ··· '
iets uitleggen aan iemand2 donner la cause, le motif de ··· - uitleggen - verklaren
'expliquer sa conduite'
zijn gedrag verklaren© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
expliquer (ww.) | ophelderen (ww.) ; zeggen (ww.) ; vertellen (ww.) ; verklaren (ww.) ; verhelderen (ww.) ; verhalen (ww.) ; verduidelijken (ww.) ; uitzetten (ww.) ; uitleggen (ww.) ; uiteenzetten (ww.) ; toelichten (ww.) ; opklaren (ww.) ; ontvouwen (ww.) ; nader verklaren (ww.) ; mededelen (ww.) ; clarificeren (ww.) ; beschrijven (ww.) ; belichten (ww.) ; begrijpelijk maken (ww.) ; accentueren (ww.) |
expliquer | ingaan op ; verantwoorden ; uitleg geven over |
Bronnen: interglot; Wikipedia; ICT-Woordenboek
Voorbeeldzinnen met `expliquer`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: faire le compte rendu de