Vertaal
Naar andere talen: • décéder > DEdécéder > ENdécéder > ES
Vertalingen décéder FR>NL
[desede]

1 mourir - overlijden

  'Il est décédé dans un accident de voiture.'
  Hij is bij een auto-ongeval omgekomen.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
décéder (ww.) bezwijken (ww.) ; dood (ww.) ; kapotgaan (ww.) ; omkomen (ww.) ; ontslapen (ww.) ; overlijden (ww.) ; sneuvelen (ww.) ; sterven (ww.) ; verscheiden (ww.) ; wegvallen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `décéder`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: mourir
FR: trépasser