Vertalingen découvrir FR>NL
[dekuvʀiʀ]1 réussir à connaître - ontdekken
'découvrir la vérité'
de waarheid achterhalen
'faire découvrir ··· à ··· '
iemand iets laten zien2 trouver - vinden
'découvrir un trésor'
een schat vinden© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
découvrir (ww.) | ontrafelen (ww.) ; vinden (ww.) ; uitvinden (ww.) ; traceren (ww.) ; tegenkomen (ww.) ; reveleren (ww.) ; plaatsen (ww.) ; plaats toekennen (ww.) ; opsporen (ww.) ; oplossen (ww.) ; openleggen (ww.) ; openbreken (ww.) ; ontwarren (ww.) ; ontwaren (ww.) ; ontraadselen (ww.) ; ontmoeten (ww.) ; ontknopen (ww.) ; ontdekken (ww.) ; onderzoeken (ww.) ; lokaliseren (ww.) ; achterhalen (ww.) ; achter komen (ww.) |
découvrir | aantreffen ; opmerken ; leren kennen ; erachter komen ; de bedekking wegnemen van |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Antiquarian Dictionary; ICT-Woordenboek; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `découvrir`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: apercevoirFR: comprendreFR: constaterFR: décelerFR: dénicherFR: dépisterFR: détecterFR: devinerFR: discernerFR: éventerUitdrukkingen en gezegdes
FR: découvrir son jeu
NL: zich in de kaart laten kijkenFR: découvrir une maison
NL: het dak van een huis nemenFR: découvrir un panier
NL: het deksel van een mand oplichten