Vertalingen débrider FR>NL
débrider (ww.) | demonteren (ww.) ; ontmantelen (ww.) ; onttakelen (ww.) ; uiteen nemen (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `débrider`

Voorbeeldzinnen laden....
Uitdrukkingen en gezegdes
FR: sans
débrider
NL: aan één stuk door, zonder ophoudenFR: débrider la mécanique
NL: het mechanisme soepeler maken