Vertalingen douter FR>NL
[dute]1 ne pas être sûr - twijfelen (aan)
'Je doute de sa sincérité.'
Ik twijfel aan zijn oprechtheid.
'Je doute qu'il réussisse.'
Ik twijfel of hij zal slagen.© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
douter (ww.) | aarzelen (ww.) ; betwijfelen (ww.) ; dubben (ww.) ; talmen (ww.) ; twijfelen (ww.) ; weifelen (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `douter`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: douter de