Vertalingen déplier FR>NL
[deplije]1 étaler, étendre - openvouwen
'déplier une couverture'
een deken uitspreiden© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
déplier (ww.) | ontvouwen (ww.) ; openslaan (ww.) ; openspreiden (ww.) ; openvouwen (ww.) ; opvouwen (ww.) ; uitklappen (ww.) ; uitslaan (ww.) ; uitspreiden (ww.) ; uitvouwen (ww.) ; vouwen (ww.) |
Bron: interglotVoorbeeldzinnen met `déplier`

Voorbeeldzinnen laden....