Vertaal
Naar andere talen: • crédit > DEcrédit > ENcrédit > ES
Vertalingen crédit FR>NL
[kʀedi]

1 argent prêté à ··· - krediet

  'prendre un crédit sur quinze ans'
  een vijftienjarige lening nemen


2   carte de crédit
carte avec laquelle on peut payer - creditcard


3   faire crédit à ···
accepter que ··· paye plus tard - iemand krediet geven


4   à crédit
sans payer tout de suite - op afbetaling

  'acheter à crédit'
  op afbetaling kopen


5   crédits
somme d'argent pour ··· - middelen

  'obtenir des crédits pour la réalisation d'un projet'
  middelen krijgen voor het verwezenlijken van een project


6 bonne impression que l'on fait aux autres - krediet - aanzien

  'avoir du crédit auprès de ··· '
  krediet hebben bij iemand

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
crédit (m) de aanname (v) ; de aanvaarding (v) ; de activa ; de baten ; het credit ; het geloof ; het krediet ; het tegoed
crédit (1) krediet ; inkomen ; krediet ; kredietpositie
Bronnen: Wikipedia; interglot; Trueterm; Omegawiki.org; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `crédit`
Voorbeeldzinnen laden....


Uitdrukkingen en gezegdes
FR: acheter à  crédit NL: op krediet kopen
FR: crédit agricole NL: landbouwkrediet
FR: crédit en blanc NL: blanco krediet
FR: carte de crédit NL: kredietkaart
FR: établissement de crédit NL: bank
FR: faire crédit à  quelqu'un. NL: iemand krediet geven
FR: crédit foncier NL: grondkrediet(bank)
FR: lettre de crédit NL: kredietbrief
FR: crédit municipal NL: stadsbank van lening
FR: ouvrir un crédit à  quelqu'un. NL: iemand een krediet openen
FR: porter une somme, un article au crédit de quelqu'un. NL: een som op iemands credit boeken