Vertalingen benjamin FR>NL
[bɛ̃ʒamɛ̃]1 le plus jeune d'une famille ou d'un groupe - benjamin - jongste
'être le benjamin de la famille'
de benjamin van het gezin zijn© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
benjamin (m) | de Benjamin ; jongste leerling (znw.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `benjamin`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: apprentiFR: dernier-né