Vertalingen bénédiction FR>NL
[benediksjɔ̃]1 accord - zegen
'donner sa bénédiction à ··· pour faire ··· '
iemand zijn zegen geven om iets te doen2 événement heureux - zegen
'C'est une bénédiction.'
Het is een zegen.3 acte par lequel un prêtre bénit ··· , ··· - zegening
'recevoir la bénédiction'
gezegend worden© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| bénédiction (v) | de heilwens (m) ; het zegenen ; de zegen (v) ; de voorspoed (m) ; de toost (m) ; inwijdingsplechtigheid (znw.) ; de inwijding (v) ; de initiatie (v) ; inauguratierede (znw.) ; de heiliging (v) ; de heildronk (m) ; het heil ; de gelukwens (m) ; de felicitatie (v) |
| bénédiction | goedkeuring ; oké ; groen licht |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `bénédiction`
Voorbeeldzinnen laden....
Uitdrukkingen en gezegdes
FR: bénédiction nuptiale
NL: huwelijksinzegening
