Vertalingen argumenter FR>NL
[aʀgymɑ̃te]1 prouver ··· - argumenteren© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
argumenter (ww.) | krakelen (ww.) ; voorgeven (ww.) ; verklaren (ww.) ; twisten (ww.) ; stellen (ww.) ; ruziën (ww.) ; ruzie maken (ww.) ; redetwisten (ww.) ; redeneren (ww.) ; pretenderen (ww.) ; argumenteren (ww.) ; kijven (ww.) ; kiften (ww.) ; disputeren (ww.) ; discussiëren (ww.) ; demonstreren (ww.) ; debatteren (ww.) ; beweren (ww.) ; betogen (ww.) ; beredeneren (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `argumenter`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: chicanerFR: discutaillerFR: discuterFR: disserterFR: ergoterFR: pérorerFR: raisonnerFR: se disputer