Vertalingen amorcer FR>NL
[amɔʀse]1 mettre une amorce à - van een slaghoedje voorzien
'amorcer une arme'
een wapen van een slaghoedje voorzien2 commencer ··· - beginnen
'amorcer un virage'
een bocht ingaan
'amorcer une négociation'
een onderhandeling beginnen3 garnir de nourriture pour attirer les poissons - van aas voorzien
'amorcer un hameçon'
aas aan een haak slaan© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
amorcer (ww.) | aanvangen (ww.) ; beginnen (ww.) ; introduceren (ww.) ; kennis laten maken (ww.) ; starten (ww.) ; van start gaan (ww.) ; voorstellen (ww.) |
amorcer | aanzetten ; booten ; initieren ; spanningsopbouw ; zelfstart |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `amorcer`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: allécherFR: amadouerFR: appâterFR: attirerFR: commencerFR: débuterFR: ébaucherFR: engagerFR: entamerFR: esquisser