Vertalingen adresser FR>NL
[adʀese]1 exprimer, dire ··· à ··· - richten (tot)
'adresser des vœux/des compliments à ··· '
gelukwensen complimenten tot iemand richten2 envoyer par la poste - sturen (naar)
'adresser un colis à ··· '
een pakketje naar iemand sturen3 diriger ··· vers ··· d'autre - verwijzen (naar)
'adresser ··· à un spécialiste'
iemand naar een specialist verwijzen© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
adresser (ww.) | adres aanbrengen (ww.) ; adresseren (ww.) ; iemand aanspreken (ww.) ; iemand adresseren (ww.) ; iemand toespreken (ww.) ; spreken tot iemand (ww.) |
adresser | neerleggen ; richten ; schrijven ; sturen ; toezenden ; versturen |
Bronnen: interglot; ICT-Woordenboek; A.M.T.S.
Voorbeeldzinnen met `adresser`

Voorbeeldzinnen laden....
Uitdrukkingen en gezegdes
FR: adresser la parole à quelqu'un.
NL: het woord tot iemand richten