Vertaal
Naar andere talen: • vue > DEvue > ENvue > ES
Vertalingen vue FR>NL
[vy]

1 sens utilisant les yeux - gezicht(svermogen)

  'avoir une bonne vue'
  goede ogen hebben


2 fait de regarder ··· - blik

  'détourner la vue'
  zijn blik afwenden

  connaître ··· de vue
   (= avoir déjà vu ··· et le reconnaître) - iemand van gezicht kennen


3 ce qu'on voit d'un endroit - uitzicht

  'avoir une belle vue sur la campagne'
  een mooi uitzicht hebben op het platteland


4 dessin, image d'un lieu - afbeelding

  'une vue du port'
  een afbeelding van de haven


5 idée, manière de concevoir - inzicht

  'avoir une vue générale de la situation'
  een (totaal)overzicht van de situatie hebben


6   avoir des vues sur ··· ou ···
projeter de l'utiliser ou de l'épouser - een oogje hebben op iets of iemand


7   à première vue
au premier regard - op het eerste gezicht

  'À première vue, cela semble simple.'
  Op het eerste gezicht lijkt dat eenvoudig.


8   en vue de
dans le but de - (met het doel) om


9   avoir ··· en vue
penser à ··· - iets op het oog hebben

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
vue (v) scherpziendheid (znw.) ; het gezichtsvermogen ; goed werkend oog (znw.) ; het inzicht ; de kiek (m) ; de kijk (m) ; de oogopslag (m) ; het panorama ; het prospect ; gezichtsbeeld (znw.) ; het schouwspel ; het spektakel ; het uitzicht ; het vergezicht ; verreikend uitzicht (znw.) ; vue (znw.) ; de zicht ; het gezicht ; het gelaat ; de foto ; het doorzicht ; de doorkijk (m) ; de blik (m) ; het beeld ; het aanzicht ; het aangezicht ; de aanblik (m)
la vuede weergave
vue algemeen overzicht ; visio ; visie ; gezichtsvermogen ; elektrische bedrijfswagen
Bronnen: interglot; Wikipedia; ICT-Woordenboek; Trueterm; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `vue`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: abord
FR: apparence
FR: apparition
FR: approche
FR: aspect
FR: but
FR: clairvoyance
FR: compréhension
FR: conception
FR: conseil

Uitdrukkingen en gezegdes
FR: à  (la) première vue NL: op het eerste gezicht
FR: à  la vue de NL: bij het zien van
FR: à  vue d'oeil NL: zienderogen
FR: à  perte de vue NL: zover het oog reikt
FR: au point de vue de NL: uit het oogpunt van
FR: avoir la vue basse NL: bijziende zijn
FR: en vue de NL: met het oog op
FR: en mettre plein la vue à  quelqu'un. (spreektaal) NL: iemand de ogen uitsteken (figuurlijk)
FR: garder à  vue NL: in het oog houden, streng bewaken
FR: jouer à  première vue NL: van het blad spelen
FR: payable à  vue NL: betaalbaar op zicht
FR: perdre de vue NL: uit het oog verliezen
FR: prise de vues NL: opname (film)
FR: tourner la vue NL: de blik wenden