Vertalingen trimer FR>NL
trimer (ww.) | aanpoten (ww.) ; afbeulen (ww.) ; buffelen (ww.) ; een ongeluk werken (ww.) ; half dood werken (ww.) ; hard werken (ww.) ; kapotwerken (ww.) ; pezen (ww.) ; sloven (ww.) ; tobben (ww.) |
trimer | trimmer |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `trimer`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: surmener