1. MWB
  2. Vertalen
  3. quartier (FR>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • quartier > DE • quartier > EN • quartier > ES
Vertalingen quartier FR>NL
[kaʀtje]

1 partie d'une ville - wijk


administratif

buurt


courant


  'une fête de quartier'
  een buurtfeest

2 petite partie de ··· - stuk

  'un quartier d'orange'
  een stuk sinaasappel

  quartier de viande
   (= gros morceau de viande) - homp vlees

3 phase de la lune - kwartier

  'le premier quartier'
  het eerste kwartier

4   avoir quartier libre
être libre de faire ce qu'on veut - vrij spel hebben

5   quartier général
poste de commandement - hoofdkwartier
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
quartier (m) het onderdeeltje ; het deeltje ; handelswijk (znw.) ; de kamp (m) ; het kampement ; de kazerne (m) ; het kwartier ; de legering (v) ; het legerkamp ; deel van de stad (znw.) ; het plein ; de sectie (v) ; het stadsdeel ; stadskwartier (znw.) ; de stadswijk ; de wijk ; de woonwijk ; het centrum ; de buurt (v) ; de buitenwijk ; barrak
quartier bestelloop ; afdeling ; bestelronde ; buurt ; gekloofd brandhout ; hielstuk ; kwart ; kwartier ; partje ; het vierde ; het vierdeel ; wijk ; zweetblad
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.; Horecagids


Voorbeeldzinnen met `quartier`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: appartement
FR: arrondissement
FR: camp
FR: campement
FR: cantonnement
FR: caserne
FR: croissant
FR: district
FR: faubourg
FR: fraction

Uitdrukkingen en gezegdes
FR: quartier de terre NL: stuk land
FR: bas quartier NL: achterbuurt
FR: quartier latin NL: Parijse studentenwijk
FR: faire quartier NL: kwartier geven
FR: quartier général NL: hoofdkwartier