Vertalingen ON FR>NL
[ɔ̃]1 les gens - men
'On dit qu'il a déménagé.'
Men zegt dat hij verhuisd is.2 nous - we
'On viendra te rendre visite.'
We komen je opzoeken.3 quelqu'un - iemand
'On m'a averti.'
Iemand heeft me gewaarschuwd. - Ze hebben me gewaarschuwd. - Ik ben gewaarschuwd.© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
ON (Afkorting) | aangemelde instantie |
on | iemand (znw.) ; je ; men ; mensen (m-p) ; we ; wij |
Bronnen: Download IATE, European Union, 2017.; interglot; ICT-Woordenboek; Wikipedia
Synoniemen
FR: personneUitdrukkingen en gezegdes
FR: le qu'en dira-t-
on
NL: de openbare mening