Vertalingen obliger FR>NL
[ɔbliʒe]1 forcer ··· à faire ··· - dwingen
'Il m'a obligé à le suivre.'
Hij heeft me gedwongen hem te volgen.© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
obliger (ww.) | dwingen (ww.) ; forceren (ww.) ; noodzaken tot (ww.) ; verplichten (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `obliger`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: aiderFR: contraindreFR: forcer