Vertalingen maigre FR>NL
[mɛgʀ]1 qui n'est pas gros - mager
'Elle est très maigre.'
Ze is erg mager.2 qui n'est pas gras - mager
'une viande maigre'
mager vlees3 peu important - karig - gering
'une maigre pension'
een karig pensioentje© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
maigre (m) | f (mager) |
maigre (m) | de ombervis (m) |
maigre | lichtgebouwd ; lang en dun ; luizig ; luttel ; mager ; piekerig ; pover ; rank ; schamel ; schooierig ; schraal ; schriel ; slank ; spichtig ; spinachtig ; sprieterig ; sprietig ; tenger ; vetarm ; vetloos ; weinig ; laagcalorisch ; armelijk ; armoedig ; armzalig ; benig ; berooid ; droog ; dun ; fijn ; fijngebouwd ; geen vet op de botten hebbende ; halfvet ; iel ; ingevallen ; karig ; arm ; sober ; ombervis ; mager ; gewone ombervis ; gering ; dun |
Bronnen: www.culinair.net; interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Horecagids; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `maigre`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: amaigriFR: amaigrieFR: décharnéFR: décharnéeFR: diaphaneFR: efflanquéFR: efflanquéeFR: émaciéFR: émaciéeFR: étiqueUitdrukkingen en gezegdes
FR: faire
maigre
NL: geen vlees etenFR: jours
maigres
NL: onthoudingsdagenFR: repas
maigre
NL: maaltijd zonder vleesFR: maigre soupe
NL: dunne soepFR: maigre repas
NL: karig maalFR: (arg.) du
maigre!
NL: stilte!