Zie ook: marche

[maʀʃ]

1 partie d'un escalier sur laquelle on pose le pied - trede - tree

  'monter les marches'
  de treden opgaan

2 action de se déplacer à pied - lopen - wandelen

  'des chaussures de marche'
  loopschoenen/wandelschoenen

3 promenade - wandeling

  'une marche à travers la forêt'
  een boswandeling

4 fonctionnement de ··· - werking

  'mettre en marche une machine'
  een machine in werking stellen

5 mouvement, déplacement dans une direction - beweging

  'être dans le sens de la marche'
  zich in de rijrichting bevinden

6   marche à suivre
ce qu'il faut faire pour obtenir ··· - te volgen werkwijze/stappenplan

  'Quelle est la marche à suivre ?'
  Welke werkwijze moet er gevolgd worden?[maʀʃe]

1 lieu où l'on vend des produits - markt

  'aller au marché'
  naar de markt gaan

2 accord commercial, contrat - overeenkomst

  'conclure un marché'
  een overeenkomst/transactie sluiten

3   bon marché
pas cher - goedkoop

  'des produits bon marché'
  goedkope producten
© K Dictionaries Ltd.

marche (m)	de veilingzaal ; de aanbieding (v) ; het afzetgebied ; de afzetmarkt ; de goederenhandel (m) ; de handel (m) ; het koopje ; de markt (m) ; het marktplein ; de veilinghal ; veilinglokaal (znw.) ; veilingslokaal (znw.)
le marché	industrie
marche (v)	de traptrede ; de wandelsport ; de voortgang (m) ; de voortbeweging (v) ; de vaart ; de tree ; trede van een ladder (znw.) ; de trede ; de sport ; het beloop ; de doorreis ; de doortocht (m) ; in volle vaart (znw.) ; mars ; mate van beweeglijkheid van het lichaam (znw.) ; de motoriek (v) ; de opmars ; de opstap (m) ; het opstapje
marché	contract ; vaart ; treed ; stapmerk ; overeenkomst ; markt ; loop ; gang ; doelgroep

Bronnen: interglot; Wikipedia; ICT-Woordenboek; Trueterm; Download IATE, European Union, 2017.




FR: accord
FR: achat
FR: allure
FR: approché
FR: association
FR: avance
FR: bazar
FR: braderie
FR: clientèle
FR: combine

FR: se mettre en marche NL: op weg gaan
FR: en avant! marche! NL: voorwaarts mars!
FR: la marche d'un navire NL: de vaart van een schip
FR: faire marche arrière NL: in zijn achteruit zetten