Vertaal
Naar andere talen: • levier > DElevier > ENlevier > ES
Vertalingen levier FR>NL
[ləvje]

1 barre qui sert à soulever - hefboom

  'utiliser ··· comme levier'
  iets als hefboom gebruiken


2   levier de vitesse
ce qui commande le changement des vitesses dans unvé hicule - versnellingshendel/pook

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
levier (m) hefbok (znw.) ; de zwengel (m) ; de stankafsluiter (m) ; de slinger (m) ; de sifon (m) ; het oor van een kopje ; het oor ; lichter (znw.) ; de kruk ; de koevoet (m) ; kaapstanderpaal (znw.) ; hijsarm (znw.) ; het hengsel ; het heft ; hefinstallatie (znw.) ; de hefboom (m) ; het handvat ; handspaak (znw.) ; de handgreep (v) ; de dommekracht ; het breekijzer
levier breekijzer ; wel ; versnellingspook ; typearm ; tandelevator ; lui-arm ; kruk ; hefboom ; greep ; elevator
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.; Trueterm


Voorbeeldzinnen met `levier`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: appui
FR: barre
FR: commande
FR: manette
FR: pédale
FR: pied-de-biche
FR: pince monseigneur

Uitdrukkingen en gezegdes
FR: levier de changement de vitesse NL: versnellingshandel