Vertalingen habiliter FR>NL
habiliter (ww.) | autoriseren (ww.) ; fiatteren (ww.) ; goedkeuren (ww.) ; goedvinden (ww.) ; permitteren (ww.) ; toestaan (ww.) |
habiliter | machtigen |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `habiliter`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: ratifier