Vertalingen gicler FR>NL
gicler (ww.) | golven (ww.) ; golvend bewegen (ww.) ; in de hoogte spuiten (ww.) ; opspatten (ww.) ; opspuiten (ww.) ; spatten (ww.) ; spetteren (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `gicler`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: onduler