Vertalingen futur FR>NL
[fytil]1 relatif à l'avenir - toekomstig
'les générations futures'
de toekomstige generaties2 qui deviendra par la suite - aanstaand - toekomstig
'les futurs parents'
de aanstaande ouders[fytil]1 avenir - toekomst
'se projeter dans le futur'
zicht richten op de toekomst© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
futur (m) | de onvoltooid toekomstige tijd (m) ; de toekomende tijd (m) |
le futur | de toekomst (v) |
futur | aankomend ; aanstaand ; komend ; toekomend ; toekomstig ; toekomstige |
Bronnen: Wikipedia; Europakinderhulp; interglot
Voorbeeldzinnen met `futur`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: avenirFR: en herbe