Vertalingen événement FR>NL
[seveje]1 fait qui se produit - gebeurtenis
'un événement marquant dans l'histoire'
een belangrijke historische gebeurtenis2 attendre un heureux événement
être enceinte - in verwachting zijn
'Elle attend un heureux événement pour janvier.'
Ze verwacht in januari haar kind.© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
événement (m) | de bezieling (v) ; het zaakje ; het voorval ; het incident ; de geestdrift ; de gebeurtenis (v) ; het feit ; het evenement ; het enthousiasme ; de bevlogenheid (v) ; de belevenis (v) |
le événement | de event ; element |
Evénement | Gebeurtenis ; zendgebeurtenis ; voorval in de luchtvaart ; voorval |
Bronnen: interglot; ICT-Woordenboek; Download IATE, European Union, 2017.Voorbeeldzinnen met `événement`

Voorbeeldzinnen laden....