Vertalingen dévier FR>NL
[devje]1 changer la direction de - omleiden
'dévier la circulation'
het verkeer omleiden
'dévier un coup'
een slag afweren[devje]1 ne pas suivre la direction prévue - afwijken
'Le projectile a dévié.'
Het projectiel is afgeweken.
'La voiture a dévié de sa route.'
De auto raakte uit de koers.© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
dévier (ww.) | afdwalen (ww.) ; afwijken (ww.) ; omheenloodsen (ww.) ; omleiden (ww.) ; pareren (ww.) ; vergroeien (ww.) ; verschillen (ww.) |
devier | afbuigen ; omleiden |
Bronnen: Wikipedia; interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `dévier`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: déporterFR: dériverFR: écarter