Vertaal
Naar andere talen: • découper > DEdécouper > ENdécouper > ES
Vertalingen découper FR>NL
[dekupe]

1 faire des morceaux de ··· - (in stukken) snijden

  'découper un gâteau'
  een taart snijden

  'découper une feuille de papier'
  een vel papier in stukken knippen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
découper (ww.) kort maken (ww.) ; wegsnoeien (ww.) ; wegknippen (ww.) ; voorsnijden (ww.) ; uitzagen (ww.) ; uitknippen (ww.) ; uitkappen (ww.) ; uithouwen (ww.) ; uithakken (ww.) ; trimmen (ww.) ; snoeien (ww.) ; opensnijden (ww.) ; kort knippen (ww.) ; knippen (ww.) ; couperen (ww.) ; besnoeien (ww.) ; afknippen (ww.)
découper afknippen ; uitslaan ; uitknippen ; snijden ; ponsen ; knippen ; in stukken snijden
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Diving dictionary; Horecagids


Voorbeeldzinnen met `découper`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: couper

Uitdrukkingen en gezegdes
FR: couteau à  découper NL: voorsnijmes
FR: fourchette à  découper NL: voorsnijvork