Vertalingen croiser FR>NL
[kʀwaze]1 mettre une chose sur une autre - kruisen
'croiser les jambes'
de benen over elkaar slaan2 passer au milieu de - kruisen
'Cette route croise la nationale.'
Deze weg kruist de rijksweg.3 rencontrer ··· - tegenkomen
'croiser ··· dans la rue'
iemand op straat tegenkomen4 faire se reproduire des êtres vivants différents - kruisen
'croiser deux races de chiens'
twee hondenrassen kruisen© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
croiser (ww.) | keperen (ww.) ; ontmoeten (ww.) ; opkruisen (ww.) ; oplaveren (ww.) ; tegenkomen (ww.) ; treffen (ww.) |
croiser | kruisen ; paren |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `croiser`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: entrecroiserFR: entrelacerFR: hybriderFR: louvoyerFR: mâtinerFR: mélangerFR: mêlerFR: métisserUitdrukkingen en gezegdes
FR: croiser les bras
NL: werkeloos toezienFR: croiser la baïonnette
NL: de bajonet vellenFR: croiser des races
NL: rassen kruisen