Vertalingen consister FR>NL
[kɔ̃siste]1 consister à
avoir pour nature
suivi d'un inf.
bestaan in/uit
'Ton rôle consistera à garder les enfants.'
Jouw rol zal erin bestaan op de kinderen te passen.2 consister en
se composer de, être de telle nature - bestaan uit
'En quoi consiste votre travail ?'
Waaruit bestaat jouw werk?© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
Bron: WikipediaVoorbeeldzinnen met `consister`

Voorbeeldzinnen laden....