Vertalingen briser FR>NL
[bʀize]1 détruire - breken
'briser un espoir'
hoop de bodem inslaan
'briser une amitié'
een vriendschap verbreken© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
briser (ww.) | stukslaan (ww.) ; moeren (ww.) ; mollen (ww.) ; neerhalen (ww.) ; omverhalen (ww.) ; ontbinden (ww.) ; opheffen (ww.) ; slopen (ww.) ; stukbreken (ww.) ; stukgooien (ww.) ; stukmaken (ww.) ; met opzet kapotmaken (ww.) ; uit elkaar halen (ww.) ; verbreken (ww.) ; verbrijzelen (ww.) ; verbroddelen (ww.) ; verklungelen (ww.) ; verknallen (ww.) ; verknoeien (ww.) ; verpesten (ww.) ; verzieken (ww.) ; er vanaf breken (ww.) ; aan stukken slaan (ww.) ; aantasten (ww.) ; aanvreten (ww.) ; afbreken (ww.) ; afknappen (ww.) ; barsten (ww.) ; bederven (ww.) ; beëindigen (ww.) ; beschadigen (ww.) ; breken (ww.) ; aan stukken breken (ww.) ; forceren (ww.) ; in stukken breken (ww.) ; inslaan (ww.) ; kapotbreken (ww.) ; kapotgooien (ww.) ; kapotmaken (ww.) ; kapotslaan (ww.) ; knakken (ww.) ; kunnen stikken (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `briser`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: abîmerFR: broyerFR: casserFR: déchirerFR: désagrégerFR: détériorerFR: détraquerFR: détruireFR: disloquerFR: ébrécherUitdrukkingen en gezegdes
FR: brisé de fatigue
NL: doodopFR: briser ses fers
NL: de vrijheid herwinnenFR: brisons là
NL: laten we er niet verder over spreken