Vertalingen accroître FR>NL
[akʀwatʀ]1 augmenter - doen (aan)groeien
'accroître la production'
de productie opvoeren© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
accroître (ww.) | aangroeien (ww.) ; accentueren (ww.) ; benadrukken (ww.) ; groeien (ww.) ; uitbreiden (ww.) ; vergroten (ww.) ; verhogen (ww.) ; vermeerderen (ww.) ; zich vermeerderen (ww.) |
accroître | groter maken ; opvoeren |
Bronnen: interglot; Wikipedia; ICT-Woordenboek
Voorbeeldzinnen met `accroître`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: accélérerFR: accentuerFR: aggraverFR: agrandirFR: ajouterFR: allongerFR: alourdirFR: amplifierFR: augmenterFR: développer