| Uitspraak: | ['i] |
| Trajo pan, arroz y vino del mercado. - Hij bracht brood, rijst en wijn van de markt mee. |
| Llevo horas y horas haciendo lo mismo. - Ik ben urenlang met hetzelfde bezig. |
| ¿Y tu esposa? ¿No venía contigo? - En je vrouw? Kwam die niet met jou mee? |
