Vertaal
Naar andere talen: • semanal > DEsemanal > ENsemanal > FR
Vertalingen semanal ES>NL

semanal

bijv.naamw.
Uitspraak:  [sema'nal]

1) que se hace o sucede cada semana - wekelijks
El supervisor hace una inspección semanal. - De supervisor houdt een wekelijkse inspectie.

2) que dura una semana - een week durend
un seminario semanal - een seminarie van een week

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
semanal wekelijks
Bron: interglot

Voorbeeldzinnen met `semanal`
Voorbeeldzinnen laden....