Vertalingen radio ES>NL
I la radio
zelfst.naamw.
1) empleo de ondas hertzianas para trasmitir información -
radio | Los taxis se comunican por radio. - De taxis communiceren met elkaar via de radio. |
2) emisión de estas ondas -
radio | un programa de radio - een radioprogramma |
3) aparato que recibe estas emisiones radiales -
radiotoestel | Hay que reparar la radio. - Het radiotoestel moet worden gerepareerd. |
4) conjunto de instalaciones de este medio de comunicación -
radiostation | Salió para su trabajo en la radio. - Hij vertrok vanwege zijn werk op het radiostation. |
II el radio
zelfst.naamw.
1) línea recta que va desde el centro de un círculo a cualquier punto de su circunferencia geometrie -
straal | Pi por radio al cuadrado es la fórmula de la superficie de un círculo. - Pi keer de straal in het kwadraat is de formule van de oppervlakte van een cirkel. |
2) espacio circular definido por esa línea -
straal | No hay energía en un radio de tres kilómetros. - Er is geen energie in een straal van drie kilometer. |
3) varilla que une el centro con la llanta -
spaak | cambiar un radio a una rueda de bicicleta - de spaak van een fietswiel vervangen |
4) hueso que forma el antebrazo junto con el cúbito anatomie -
spaakbeen | una quebradura de radio - een breuk van het spaakbeen |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| el radio (m) | de uitzending (v) ; het spaakbeen ; de radius (m) ; het radium ; het radiotoestel ; het radioprogramma ; radio-en televisieomroep (znw.) ; de radio (m) ; de omroep (m) |
| el radio | de verhouding |
| radio | mergstraal ; straal van de afronding ; straal ; spaakbeen ; spaak ; radius ; radium ; radio ; Ra (Afkorting) |
Bronnen: interglot; Engoi Woordenschatoefeningen; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `radio`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: aparato de radioES: aparato radiorreceptorES: programaES: radio de bolsilloES: radio de transistoresES: radio portátilES: receptorES: receptor de radioES: rectaES: transistor
