Vertalingen ráfaga ES>NL
la ráfaga
zelfst.naamw.
1) golpe de viento fuerte y de corta duración -
windvlaag Una ráfaga me voló el sombrero. - Door een windvlaag vloeg mijn hoed af. |
2) golpe de luz instantáneo -
lichtflits Una ráfaga me deslumbró. - Een lichtflits heeft me verblind. |
3) sucesión de disparos de un arma automática -
regen Fusilaron a los prisioneros con una ráfaga de metralla. - Ze hebben de gevangenen met een regen aan geweerschoten gefusilleerd. |
4) afluencia repentina de algo que desaparece rápidamente -
draaikolk Experimentó una ráfaga de recuerdos dolorosos. - Hij onderging een draaikolk van pijnlijke herinneringen. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
la ráfaga (v) | de sneeuwbui (v) ; de valwind (m) |
la ráfaga | windstoot |
ráfaga | burst ; rukwind ; trein ; windstoot ; windvlaag |
Bronnen: Wikipedia; interglot; Diving dictionary; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `ráfaga`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: racha