Vertaal
Naar andere talen: • interlocutor > DEinterlocutor > ENinterlocutor > FR
Vertalingen interlocutor ES>NL

el/la interlocutor, -ra

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [inteɾloku'toɾ, -ɾa]

persona que toma parte en un diálogo - gesprekspartner
Atacó a su interlocutor con insinuaciones deshonestas. - Hij viel zijn gesprekspartner aan met oneerbare toespelingen.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
el interlocutor (m) de gesprekspartner (m)
Bron: interglot

Voorbeeldzinnen met `interlocutor`
Voorbeeldzinnen laden....