Vertalingen inspector ES>NL
el/la inspector, -ra
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [inspek'toɾ, -ɾa] |
persona que tiene por oficio realizar exámenes y controles -
inspecteur, inspectrice | un inspector del gobierno - een overheidsinspecteur |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| el inspector (m) | de conducteur (m) ; de controleur (m) ; de dierverzorger (m) ; de inspecteur (m) ; de oppasser (m) ; de opzichter (m) ; de opziener (m) ; de treinconducteur (m) ; de verzorger (m) ; de visiteur (m) |
| inspector | aan een onderzoek onderwerpen ; Inspecteur ; visserij-inspecteur |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `inspector`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: agente de policíaES: asistenteES: capatazES: celadorES: comisarioES: cuidador de animalesES: examinadorES: examinanteES: fiscalES: fiscalizador
