1. MWB
  2. Vertalen
  3. incapacidad (ES>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • incapacidad > DE • incapacidad > EN • incapacidad > FR
Vertalingen incapacidad ES>NL

la incapacidad

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [inkapaɑui'ðað]

1) falta de capacidad de un recipiente para contener cierta cantidad de una cosa - gebrek aan inhoud
No se percataron de la incapacidad del baúl del automóvil para transportar las cajas. - Ze merkten niet op dat de kofferbak van de auto niet toereikend was voor het vervoer van de dozen.

2) falta de condiciones o aptitud para desarrollar una actividad o función - ongeschiktheid
Fui jubilado por incapacidad. - Ik werd vanwege ongeschiktheid op pensioen gesteld.

3) falta de aptitud jurídica para realizar una acción juridisch - onbekwaamheid
Le declararon incapacidad de derecho. - Ze hebben hem wettelijk onbekwaam verklaard.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
la incapacidad (v) de onbekwaamheid (v) ; de onwetendheid (v) ; het onvermogen ; de onschendbaarheid (v) ; de onmacht ; de onkwetsbaarheid (v) ; onkundigheid (znw.) ; de onkunde (v) ; de ongeschiktheid (v) ; de krachteloosheid (v) ; de insolventie (v) ; de incompetentie (v) ; de impotentie (v) ; de immuniteit (v) ; de hulpeloosheid (v)
incapacidad handicap ; invaliditeit
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `incapacidad`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: debilidad
ES: desamparo
ES: desmayo
ES: falta de medios
ES: inaptitud
ES: incompetencia
ES: inmunidad
ES: insolvencia
ES: invulnerabilidad