Vertalingen horror ES>NL
el horror
zelfst.naamw.
1) miedo causado por algo terrible -
ontzetting sentir el horror de ver un accidente - zich ontzet voelen bij het zien van een ongeluk |
2) cosa terrible -
verschrikking La tormenta fue un horror. - De storm was een verschrikking. |
3) cosa desagradable -
verschrikking Aquí el sol de mediodía en verano es un horror. - Hier is de middagzon in de zomer een verschrikking. |
4) cantidad muy grande -
enorme hoeveelheid Tengo un horror de trabajo esta semana. - Ik heb deze week een enorme hoeveelheid werk. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
el horror (m) | het afgrijzen ; de gruwel (m) ; gruwen (znw.) ; iets wat afschuw opwekt (znw.) ; de schrik (m) ; de verbijstering (v) ; de verschrikking (v) ; de walging (v) ; de weerzin (m) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `horror`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: aborrecimientoES: animaladaES: antipatíaES: ascoES: atrocidadES: aversiónES: barbaridadES: barbarieES: bestialidadES: brutalidad