Vertaal
Naar andere talen: • ensanchar > DEensanchar > ENensanchar > FR
Vertalingen ensanchar ES>NL

I ensanchar

werkw.
Uitspraak:  [ensan'ʧaɾ]

aumentar el ancho de algo - verbreden
ensanchar un camino - een weg verbreden


II ensancharse

werkw.
Uitspraak:  [ensan'ʧaɾse]

1) aumentar el ancho de algo - breder worden
Se ensanchó el lecho del río por la corriente. - De oever van de rivier werd breder door de stroming.

2) llenarse de orgullo y soberbia - van trots groeien
Al oír hablar de él se ensanchó. - Hij groeide van trots toen hij hoorde dat het over hem hadden.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
ensanchar (ww.) verbreden (ww.) ; verruimen (ww.) ; verwijden (ww.) ; wijder maken (ww.)
ensanchar uitbreiden ; uitrekken
Bronnen: Wikipedia; interglot; Download IATE, European Union, 2017.

Voorbeeldzinnen met `ensanchar`
Voorbeeldzinnen laden....