Vertaal
Naar andere talen: • empeñar > DEempeñar > ENempeñar > FR
Vertalingen empeñar ES>NL

I empeñar

werkw.
Uitspraak:  [empe'ɲaɾ]

1) dar un bien en garantía de un préstamo - verpanden
empeñar un reloj - een horloge verpanden

2) dedicar el tiempo a la obtención de un objetivo - wijden
Empeñó toda su vida en la escritura de una novela. - Hij wijdde zijn hele leven aan het schrijven van een roman.


II empeñarse

werkw.
Uitspraak:  [empe'ɲaɾse]

1) adquirir gran número de deudas - schulden maken
empeñarse por un mal negocio - schulden maken vanwege een slechte deal

2) mantenerse firme en la consecución de algo - zich volledig inzetten
empeñarse en progresar - zich volledig inzetten om vooruit te komen

3) insistir en algo con obstinación - hardnekkig volhouden
empeñarse en quimeras - hardnekking volhouden in het onwezenlijke

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
empeñar (ww.) belenen (ww.) ; panden (ww.) ; verpanden (ww.) ; verpatsen (ww.)
empeñar blijven bij ; erop staan ; met klem beweren ; uit de koers raken bij lenzen ; volhouden
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.

Voorbeeldzinnen met `empeñar`
Voorbeeldzinnen laden....